Neutraliserende antistoffen tegen interferon-beta°

print Afdrukken

Afnameconditie

-

Neutraliserende antilichamen zijn stofjes die het eigen lichaam kan aanmaken en die de werking van interferonß (Avonex , Betaferon, Rebif), het medicijn dat gebruikt wordt bij de behandeling van MS, kunnen blokkeren. Bij patiënten met neutraliserende antistoffen blijft de MxA (Myxovirus resistance protein A) respons uit.

Het laten bepalen van neutraliserende antistoffen heeft alleen zin als de patient langer dan 6 maanden interferon-beta gebruikt. Indien de uitslag geen aanwijzingen laat zien voor neutraliserende antistoffen kan het zinvol zijn tenminste de eerste 2 jaar de bepaling (conform beschrijving onder 'eerste test') jaarlijks te blijven herhalen.

A. Eerste test: bloedafname na injectie interferon-beta
- Uitslag < 1.0: bioactiviteit onvoldoende aantoonbaar (mogelijke aanwezigheid van neutraliserende antistoffen, indicatie voor herhaling test na drie maanden, met bloedafname voor en 4 tot 12 uur na interferon-beta injectie).
- Uitslag > 1.0: bioactiviteit voldoende aantoonbaar (geen aanwijzingen voor neutraliserende antistoffen, test eventueel na 1 jaar herhalen).

B. Herhaalde test: bloedafname voor en na injectie interferon-beta
- Indien de bij een herhaalde bepaling de tweede uitslag > 0.2 en 3x hoger is dan de eerste uitslag of indien de tweede uitslag > 1.0 (ongeacht inductie t.o.v. pre-injectie): bioactiviteit voldoende aantoonbaar (geen aanwijzingen voor neutraliserende antistoffen, test eventueel na 1 jaar herhalen).
- Zo niet: bioactiviteit onvoldoende aantoonbaar (persisterende afwezigheid van bioactiviteit cq de aanwezigheid van neutraliserende antistoffen, verkleint de kans op effectiviteit van interferon-beta).